Sociaaldemocratie is niet dood
“In de jaren zeventig en tachtig regeerden sociaaldemocraten nog van Stockholm tot Lissabon, met legendarische leiders als Joop den Uyl (Nederland), Olof Palme (Zweden), Willy Brandt (Duitsland) en François Mitterrand (Frankrijk). De sociaaldemocratie was de natuurlijke regeringspartij van links, het politieke tehuis van de ‘gewone man’ en de sociaal bewuste middenklasse,” schrijft Peter Giesen in de Volkskrant. Hoe kan het dat al die partijen zo gekrompen zijn in Europa? Giesen interviewde een Duitse en Oostenrijkse politicoloog, die beiden afgelopen half jaar in ons land verbleven. “Er zijn twee factoren die een rol spelen. Ten eerste zijn er altijd cultureel-conservatieve arbeiders geweest. Links was sterk in zulke wijken, maar haalde misschien 50 of 60 procent. Er zijn altijd arbeiders geweest die rechts gestemd hebben. Ten tweede is er een generatiewisseling. De oude sociaaldemocratische kiezers zijn overleden, veel van hun kinderen en kleinkinderen stemmen op radicaal-rechts. (…) In de jaren zestig, zeventig en tachtig beloofden de sociaaldemocraten veel meer verandering. Ze hadden een vijand waartegen ze campagne voerden, het kapitalisme.” We moeten kunnen overbrengen dat we voor hen opkomen. Het artikel geeft goeie aanknopingspunten.