Greenpeace-directeur Andy Palmen veegt vijf fabels van tafel. Dat schrijft hij zelf in het Greenpease Magazine. Bijvoorbeeld dat het Nederlands vestigingsklimaat onaantrekkelijk is. Nederland is zelfs heel aantrekkelijk voor bedrijven als Shell en Tata Steel, die nauwelijks belasting betalen en miljarden subsidies krijgen. Ook het Centraal Planbureau (CPB) zegt dat veel bedrijven hun investeringen juist opvoeren. Ten tweede zouden we niet zonder fossiele brandstoffen kunnen. Urgenda onderbouwde met cijfers de bewering dat onze energievoorziening in 2030 volledig duurzaam kan zijn. De derde fabel is dat de intensieve veeteelt ons land veel geld oplevert. Het tegendeel is echter waar: de maatschappelijke kosten van de veehouderij kwamen tussen 2008 en 2022 neer op €100 miljard. De vierde fabel: diepzeemijnbouw is nodig voor onze energietransitie. Er zijn voldoende alternatieven voor het gebruik van schaarse metalen. En de laatste fabel, dat actie tegen vervuilers schadelijk zou zijn voor de werkgelegenheid. Niet de multinationals zijn de banenmotors van ons land maar de midden- en kleinbedrijven. Fabels zijn verhalen met een moraal, waarin sprekende dieren een hoofdrol spelen. Hier zijn fabels onwaarheden.