We winkelen alweer bijna een maand zonder afspraak. Dat leidde tot drukte in winkelstraten. Soms lange rijen bij bekende ketens, helemaal bij de kledingwinkels. Die mogen per 25 vierkante meter één klant ontvangen. Het lijkt een beetje op de tijd voor corona. De kledingindustrie heeft in de tussentijd kunnen nadenken over verduurzaming. Maar nog steeds is het de op één na de grootste vervuiler ter wereld na de olie-industrie.
Als we polyester kleren wassen, komen er microplastics vrij, die in de oceaan belanden. Per jaar kopen we bijna 26 kilo aan textiel en gooien 11 kilo aan kleding weg, waarvan 87 procent in de verbrandingsovens verdwijnt. Om een katoenen T-shirt te maken hebben we 2700 liter water nodig. Daar kan één persoon drieënhalf jaar van drinken. Voor een broek wordt zelfs ruim 7.500 liter gebruikt. Laten we dus nadenken als we iets nieuws aanschaffen. De PvdA wil een circulaire economie vóór 2050. Dat vergt meer investeringen, in samenwerking met provincies, lokale overheden, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties.