Er zit meer achter het wel of niet dragen van een OneLove-aanvoerdersband met daarop de steun voor de lgbt-gemeenschap door Kökcü en El Yaakoubi. Zij weigerden om geloofsovertuigingen. Jaan de Graaf uit Spakenburg speelde in de jaren zeventig voor AZ nooit op zondag, ook om geloofsovertuigingen. Je ziet nu nog nauwelijks verenigingen die weigeren te sporten op zondag. Daar ging vijftig jaar overheen. Groepsdruk heeft ermee te maken. Net als het dragen van hoofddoeken in ons land. Je ziet dat vrouwen in Iran en in Turkije, waar mannen de dienst uitmaken, strijden voor vrijheid om hun hoofddoek af te doen. Terwijl in ons land pubermeisjes ineens een hoofddoek gaan dragen, omdat hun oudere zussen en meisjes op hun school dit ook doen. Bang dat er iets over gezegd gaat worden. Je wilt bij de groep horen. De aanvoerdersband wil zeggen, dat bij ons muziek wel mag en dat je uit mag gaan met wie je wilt. Het is een signaal van eensgezindheid over verbinding, ongeacht afkomst, kleur, genderidentiteit of seksuele geaardheid, een statement tegen alle vormen van discriminatie.