Eind vorig jaar verscheen een lijvig document waarin onze gemeente de woningcorporaties en de huurdersbelangenorganisaties afspraken vastlegden voor de sociale huurwoningen in bezit van de woningcorporaties. Om te beginnen moeten er voor 2025 minimaal 5.800 huurwoningen bij. We lijken terug te keren naar de periode vlak na de oorlog toen er een groeiende behoefte kwam aan woningen voor jonge gezinnen. Annie M.G. Schmidt schreef toen een column in Het Parool over ‘De misdaad van het ongetrouwd zijn’: “(…) Jij bent geen gezin. Alleen een man en een vrouw, eerlijk en rechtschapen gehuwd, met kinderen, krijgen een kans. En ieder potje zonder dekseltje en ieder dekseltje zonder potje gooien we op de vuilnishoop. … Vort er mee. Jij moet onderhuren. … Wij zijn allemaal crepeergevallen, wij ongetrouwde mannen en vrouwen. Wij creperen aan triestigheid en huurkamerellende. Wij willen een eigen domeintje, al is het maar heel klein: een kamer met eigen lakens en een eigen tafel met een eigen potje bloemen en een eigen kookhoek.” Na ruim 70 jaar is het woonprobleem er nog steeds.