Bij veel ‘babyboomers’ is Herbert Marcuse geen onbekende naam. De studentenprotesten waren antikapitalistisch en beïnvloed door de analyses van de in Berlijn geboren Marcuse. Al na WO I behoorde hij tot de militanten van de sociaaldemocratische partij. Als jood met communistische sympathieën emigreerde hij in 1933 naar Amerika. Daar en in West-Europa kreeg hij in de jaren zestig veel aanhang onder studenten. In het boekje Psychoanalyse en politiek (1968, Kritiese Bibliotheek Van Gennep) staan vier essays. In het tweede wordt de technische vooruitgang – de kwantitatieve- tegenover de humanitaire – de kwalitatieve vooruitgang gesteld. Voor wie moet er steeds meer geproduceerd worden?
Het boekje is de moeite waard om de vooruitziende blik van Marcuse te lezen: “Bedrijven trekken groot voordeel uit de militaire opdrachten en dwingen de universiteiten tot collaboratie op grote schaal.” ’t Is er na ruim vijftig jaar niet beter op geworden.